Op een morgen meldt zich bij Panagro (belast met de bouw van een houtopslagplaats in de Rijswijkse haven) broer Ben als leerlingtimmerman.
De voorman, die nieuwelingen altijd in de maling neemt, geeft Ben 10 gulden, met de opdracht een plintenladdertje te gaan kopen.
Aan het einde van de werkdag meldt Ben zich terug, uiteraard zonder plintenladdertje.
Als de voorman zijn tientje terugvraagt meldt Ben doodleuk: "Dat geld is opgegaan aan tram- en busgeld."
Aad